Zelf sommen bedenken

Vandaag waren drie van mijn leerlingen blij verrast: ze mochten naar buiten tijdens de rekenles.
En met het zonnetje erbij zeiden ze daar natuurlijk geen nee tegen.
Er zat een reken-doel achter. Zo ben ik dan ook wel weer.

De bedoeling is dat deze leerlingen en hun klasgenoten eens andersom gaan rekenen. Ze krijgen gegevens (die ze zelf verzameld hebben) en gaan daar sommen bij bedenken. Dat vraagt heel andere vaardigheden:
- inzicht hebben in de verschillende manieren waarop gegevens worden gepresenteerd
- bedenken en voorspellen wat voor soort vragen er over de gegevens kunnen worden gesteld
- sommen bedenken en de juiste antwoorden berekenen
- onderscheid maken tussen makkelijke en moeilijke sommen
- schatten van getallen uit het dagelijks leven, om een reële context te maken

De leerlingen hebben uitgezocht wat de prijzen van benzine en diesel waren bij twee naburige tankstations. De uitdaging is dáár opdrachten bij te bedenken. Door goed naar boeken en toetsen te kijken kunnen de leerlingen ook de rekentaal eens van een andere kant bezien; dat maakt hen bewust van de vele manieren waarop bewerkingen benoemd worden.
Alleen al voor optellen zijn veel verschillende termen: erbij, plus, samen, totaal, som, toeslag, rente, enz. Getallen staan soms in cijfers, dan weer in letters geschreven. Het is leerzaam de opdrachten eens zelf te moeten bedenken.

En van de leukste sommen maak ik een S.O.